IN DE BRANDING
????? 16 april 2019
gorgelend op mijn rug, wachtend op de bezegeling van mijn lot
betroebelde ogen aanschouwden het schijnsel van weet ik veel, langzaam dovend
op een bed van gras, de zon? De muziek was weg
in de duisternis gromde wild leven, dreigend onder begeleiding van ontelbare levens te ver weg
als een verloren sjaal gedrapeerd over klamme treden, gevonden voorwerp in de vergetelheid,
dansende noten surrogeerde mijn hartslag in de ruis van een maanverlichte branding
het verzet gebroken, de vervloeide wil in het zand berust, onbewust verzonken
????? 17 april 2019
als vis in water wurmel ik me door de dromige ondieptes van weleer
mijn ogen openen telkens en sluiten dan opnieuw
mijn vinnen worden plots vleugels, en dan, de wolken breken
als bladzijdes omslaand, een nieuw hoofdstuk begint
soms gedreven door duistere vergelding, dan helend en leidend naar het licht
terwijl het geweten zich verbijt, uitslaande boven en onderaards
mijn verzet gevoed door ijle angst, overgave aan die bevrijdende wil
telkens trachtend te herrijzen opdat deze feniks uit Dantes as herrijst
De droom in daglicht uiteen doet spatten
waarmee de liefde de zelfhaat breekt en ik ontwaak, de wereld in
????? 18 april 2019
het verraad kruipt door de vloer langzaam omhoog
dampen van een bal masqué geuren urine
een verborgen bloem ontplooit zich uit een verwelkt vooraf
als opmaat tot een verbitterd avondmaal
waan ik hier mijn splijtend hart, proef ik schuldig te zijn
verdreven naar het hoofdgerecht aan overzijde
wilde het niet, wetens dat de stilte onaangebroken
de glazen wel degelijk hadden geklonken op een schrale troost
het leven weer verder zal lijden, en weerzin zal verstommen
als oprukkend onkruid de lentebloem ontmantelen zal
????? 19 april 2019
verzette de nacht naar mijn hand die veilig veinsde
sponsde haar blikken die zogen aan mijn lippen tot bloedens toe
toen de zilte melange zich verstolde, onthecht van elk respect
wende zij zich af van deze verzoening
haar kerend tij liet mij roerloos liggen, alle macht door het zand gesmoord
diep onder de honende golven, onhoorbaar in haar venijn
gepijnigd door de repetitie van mijn beschoren bestaan
????? 22 april
verlies verankerd in een ontzield moeras,
de waarheid ontkleed van elk misleidend licht
alle lansen gebroken, de koppen gespiest
kermend om de genadesteek
vinger voor vinger op de snaren gedrukt
het slotakkoord bevelend
gevloerd op het boetekleed, al je leugens geteld
reik ik opnieuw mijn hand tegen beter weten in
????? 23 april 2019
wat niet te rijmen valt moet gedicht worden
afgesloten sporen open gebroken
gewaar de dieptes in al haar spelonken
op zoek naar tekenen aan de wand
littekens ontboezemd in een bedding van bewoording
weerklinkt uitzinnig de verbeeldtenis in opspraak
de martelgang door, richting het schavot
de zelfontkenning berecht het vreselijk bestaan
de lippen samenperst, brandende ogen ingekeerd
wordt de vertekening opgelicht, de ban der illusie gebroken
te vaak ontworteld, ontvoerd door de najaars storm
te vaak geaard in verschroeide aarde het benevelde voorjaar tegemoet
????? 24 april 2019
een verzengende stilte baant zich een weg naar beneden
de afdaling bevolen door het geitenpad vlak onder de meridiaan
zilt gehemelte kan de tong niet meer verdragen
desondanks de dorens rondom de pas niet afgesneden
de aftocht gestroopt van elke verwachting
een verslonden verdriet, kadaver voor de gieren
waarom kan die stilte geen afscheid nemen van mijn pijn,
mijn alles en iedereen die mij ziet
waarom mag ik geen herder zijn, hoeder van het eigen vlees
waardeloos en onteigend, past mij die doornkroon
doordrenkt met wantrouwen een laatste slok geboden
met de lafheid ten trots lavend aan de laatste druppels zelfvertrouwen
onthult het windstille dal de ruïnes van een trekkershut
de muren besmeurd met tien goddeloze verboden
????? 27 april 2019
de achteloze wereld vergapend, zijn waar niemand wil zijn
zevend tussen afvalligen zoek ik mijn goud
wie mij zal sparen zal door het stof, mijn glans willen bezien
houd het hart vaster dan het licht toelaten kan
krijt bezweringen in de voetsporen van de smacht
breekt de helen, de halven vervoudigend
bewierookt ongenoegen, diens tanden ontbloot
belust de verzotting oneindig voort, het ontastbare verzoeken
????? 28 april 2019
Een zweem van oud lood deint, licht gekieteld, straatverlicht
een defilé conservenblikken, gekalfde kades gepasseerd
verloren gewaande meimer geurt oud zweet langs prille stiltes
een ontluikend verbond, de morgenstond de tijd zachtjes ontrafelend
Een laatste saluut salvo spat de sterrenregen uiteen
lonkt bravoure boezem de praal in geharnast lijden
verraden door de lach, cynisme weerstaat de hoon met smart
de volgende slag de heuvel op, de eeuwige roem achterna
????? 29 april 2019
in alle toonaarden de leugens ontkracht, uit de doeken ontplooid
het seizoen getijdt in complementairen, onbevreesd
beslagen nachtmerries, onthoofd van elke tweestrijd
vergalloperen zich in de onthaalde verbroedering
taal noch tekens konden voorzien, het verdrogen van dit bloedbad
een nieuw geluid ontvreemd van elk ingetogen woord
uit het niets langszij de oevers schuimen de geluk zoekenden
beproevend de tol der wederkerigheid
????? 30 april
consul van de tand des tijds, een Scharlakendood verslagen
territoriumdrift gevierendeeld, de vrijheid geannexeerd
pleideert een roep tot consolidatie, van al datgeen uit het lood
versmolten in een episch portaal, eenzaam te zijn onder anderen
onderdanig aan een cyclopisch koninkrijk, verblikken de geledigden
de verbastering en tirannie in aanklacht, tot slavernij gedreven
wanneer het oordeel geveld zal worden, de herder zijn schapen telt
de tijd talmt in de beleving, de biecht de dageraad verslaat
????? 04-05-2019
Pyrrus telt zijn knopen, diens gelederen geknecht
sluiten gedwee de rijen, de impasse doorzien en doorbroken
bevrijd van alle haat en fluister, vrij van vleugel lam
de stiltes aangediend, lessen de tranen de dorst naar heling
de opgeheven enclave, bezien door bevriende ogen
waart de aard van het beest, het misdiende gerief ontkluisterd
momento mori schalt de hoorn, feniks altaar vat de vlam
tijd om in te zaaien, de symbiose het beloofde land ontkiemt
IK ZAL HANDHAVEN
????? 11 mei 2019
Gleed af in een diepe slaap, van alle lust ontdaan
afgestevend op een laatste tree, te moe maar zeer voldaan
doordrenkt in overpeinzingen, impulsief ook onbesuisd
verdween elke spoor van heldhaftig verzet, uit het opengesperde raam
daar daalde Gabriël tenslotte, in bezet gebied, onbevrucht
reikte onverkwikkelijk zijn dierbare hand, fragiel, zo onbeducht
elk bezield ontwapenend voornemen, voor mij het schild geheven
loodst mij door een corridor, in zeldzame piëteit, zo onverzucht
????? 12 mei 2019
het heeft jaren geduurd eer de talloze littekens waren verdwenen
toen die helse afdaling, leek al het doorn struikgewas mij te benemen
deelde mij zijn fles agua, hoewel ik de vriendelijktste ogen niet geloven kon
wees mij het begenadigd pad huiswaarts, mijn wanhoops tranen, verzwemen
Don Quichot herinnerde zich de echo's van Hannibals strijden
Odysseus de Sirenen trotserend, telkens het offer bracht in tijden
bracht Aafjes voetreis naar Rome, de poëzie eensgezind mij thuis
de glans glorieus de overwinning belichtte, elke schaduw eervol te mijden